Bevolkingsreconstructie Zuid-Holland 1811 – 1930

Engeltje Frederiksdr van der Vlies

Engeltje Frederiksdr van der Vlies

Vrouwelijk 1787 - 1853  (~ 66 jaar)

Persoonlijke informatie    |    Media    |    Aantekeningen    |    Alles    |    PDF

  • Naam Engeltje Frederiksdr van der Vlies 
    Doop (CHR) 9 sep 1787  Schiedam, Zuid-Holland, NLD Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    Geslacht Vrouwelijk 
    Overlijden 23 dec 1853  Pijnacker, Zuid-Holland, NLD Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    • Engeltje van der Vlies is op vrijdag 23-12-1853 op 66 jarige leeftijd in het huis nr 70 te Pijnacker omstreeks 13.30 uur overleden. Als de doodsoorzaak werd opgegeven: honger. De aangevers waren Johannes Hagers (±1826), arbeider, aanbehuwde neef, en Gerrit de Wit (±1809), arbeider. Ze woonden respectievelijk in huis 70 en 70a te Pijnacker. (OR 46/24-12-1853, BS Pijnacker, NA Den Haag)
    Persoon-ID I21827  voorouders

    Vader Frederik Pietersz van der Vlies,   ged. 28 mei 1760, Schiedam, Zuid-Holland, NLD Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatieovl. 17 sep 1819, Schiedam, Zuid-Holland, NLD Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie (Leeftijd ~ 59 jaar) 
    Moeder Johanna Rijnbende,   ged. 16 feb 1763, Schiedam, Zuid-Holland, NLD Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatieovl. 22 jun 1830, Schiedam, Zuid-Holland, NLD Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie (Leeftijd ~ 67 jaar) 
    Huwelijk 20 aug 1786  Schiedam, Zuid-Holland, NLD Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    • “Gehuwd 20 augustus 1786. Frederik van der Vlies, geadst. met zijn moeder Engeltje Trompert, weduwe van Piet van der Vlies en Johanna Rijnbende, Jongedochter, geadst. met haar vader Paulus Ringbende, beiden geboren en woonende alhier”.
    Gezins-ID F8100  Gezinsblad  |  Familiekaart

  • Foto's
    Engeltje van der Vlies
    Engeltje van der Vlies

  • Aantekeningen 
    • "HET HONGERWONDER VAN PIJNACKER"

      "Het was in het jaar 1787, op 20 augustus om precies te zijn, dat in Schiedam een kind werd geboren onder de naam Engeltje van der Vlies. Anders dan haar naam doet vermoeden, waren de eerste jaren van haar aardse bestaan beslist geen pretje, zo blijkt uit aantekeningen van de negentiende eeuwse chirurgijn Grootenboer. Als kleuter kreeg zij al te kampen met hevige buikpijn en zware stuipen, waarbij het meer dan eens voorkwam dat zij 'een heel slijmnet aan wormen' uitbraakte. De kwaal verdween op zeker moment, maar Engeltje bleef een zwak kind.

      Even leek het erop dat Engeltje een normaal leven zou leiden, toen zij in 1805 als jong meisje aan de slag kon als dienstmeid bij dominee Izaac Hoek in Pijnacker. Zij deed haar werk naar behoren en leed een eerzaam bestaan. Totdat de onheilstijding kwam dat haar enige broer was opgeroepen voor het leger van Napoleon. De familieliefde moest sterk zijn geweest, want Engeltje kwam deze mentale klap nooit meer te boven. De ene zenuwtoeval volgde op de andere en haar maag kon nauwelijks iets verdragen. Aanvankelijk was ze nog in staat wat karnemelk tot zich te nemen en voorzichtig wat te zuigen aan 'kopen van visch, stukjes vleesch, een hapje salade'. Maar het duurde niet lang eer zij slechts haar mond spoelde met een beetje water.

      De chirurgijn stelde in het jaar 1825 vast 'dat ze na 10 maart 1822 slechts eenmaal een stoelgang had gehad'.

      Door de totale voedselonthouding verwerd Engeltje tot een medisch mirakel, dat tot in de wijde omtrek bekendheid genoot.

      Vanuit het hele land trok men naar Pijnacker om het wonder te aanschouwen van de vrouw die niet at en niet dronk. In de zomer van 1826 zouden – zo wist een ooggetuige te melden – iedere maand wel duizend mensen een bezoek brengen aan de Kerkeweg 85, waar door het zijraam Engeltje in haar bedstee te zien was.

      In het dorp zongen intussen de wildste geruchten rond. Sommige meenden dat de vrouw zou teren op een 'vleeschboom', die gevoed werd door de lucht die via het openstaande raam haar kamer binnenstroomde. Anderen vermoedden dat Engeltje de boel in de maling nam.

      Om een einde aan alle speculaties te maken stelde de geneeskundige inspectie een onderzoek in. Met subsidie van de rijksoverheid hielden vier vrouwen Engeltje dag en nacht in het oog, maar steevast werd er aan het einde van de dag opgetekend: 'niets gebuikt'. Op 18 december 1826 luidde de conclusie dan ook 'dat Engeltje van der Vlies behoort tot die zeldzame voorwerpen, die eenen zeer aanmerkelijken tijd, zonder eenig vast voedsel, heeft kunnen bestaan'.

      Door de uitkomst van dit officiële onderzoek won het mirakel van Pijnacker sterk in kracht. De ster van Engeltje rees tot ver over de grenzen. Een succes waar Engeltje een duitje aan verdiende door aan de meute haar brei- en naaiwerk te verkopen.
      Engeltje van der Vlies was een wonder, totdat zij op 66-jarige leeftijd overleed. De burgemeester zag zijn kans schoon en gebood een lijkschouwing in het schoollokaal. De dominee was getuige van de sectie: 'Maar opeens ging het ontleedmes als een signaal in de hoogte. Er volgde een zware vloek; het spijt mij dat ik dat zeggen moet, maar het is te vergeven; want de karnemelk met grutjes, ten dele nog onverteerd, kwam uit de ingewanden tevoorschijn'.

      Engeltje van der Vlies had de boel in de maling genomen, zo bleek ook bij nader onderzoek van haar bedstee. In de houten wand zat een luikje, waar Engeltje al die jaren in alle heimelijkheid een karig maal aangereikt had gekregen".